terug naar de |
|
30 oktober 2005
N i e u w s i n B u s b r i e f f o
r m a a t
__________________________________________________
______
Onderwerp: Echt heel
oud __________________
Verhalen
over oude en nieuwe bussen, aflevering 23
Zwetende zwoegers,
Met zomerse temperaturen in mijn
achtertuin en de deur heerlijk open zit ik aan deze brief te werken. Het is
eind oktober, jawel. Ik heb zelfs al weer vlinders gesignaleerd en ik
verwacht binnenkort berichten over de eerste hooikoortspatiënten dus de
strooiwagens kunnen wat mij betreft nog even op stal blijven staan. Het kan
deze keer weer niet op maar ja, als het leeftijdsgehalte van de voertuigen
ter sprake komt, zul je begrijpen dat het gewoon de moeite waard is.
Uiteraard is het altijd wat moeilijker om gegevens van hele oude foto's te
vinden en daarom staat er in het slot een oproep om hopelijk meer informatie boven tafel te
krijgen.
Foto
1:
Citosa begin jaren dertig. Over oud
gesproken. Als er nog iemand in leven is die dit meegemaakt heeft dan moet die
persoon binnenkort eens met het Guiness Book of Records gaan praten want dat is
dan heel bijzonder. Op z'n vroegst is diegene 95 jaar oud en ik geloof nooit dat
mensen die in die tijd een werkzaam leven lang op dit soort materieel hebben
gereden de 100 hebben gehaald of zullen halen. We moeten dus opschieten met
het vinden van zo'n menselijk exemplaar.
De onderneming heette
aanvankelijk 'Cito' (Latijns voor 'snel'). Maar omdat een Haags taxibedrijf ook
al die naam droeg werd het gewijzigd in 'Citos', later 'Citosa' omdat men
dit beter vond klinken. Als iemand vroeg wat Citosa betekende dan luidde
steevast het antwoord: 'altijd op tijd'.
Aanvulling van Rob S.: "Dit
verhaal klopt niet helemaal. Vandaar mijn toelichting.
Bij de start in 1928 had Jelle Kok, de directeur, inderdaad de naam CITO
gekozen. Het Haagse Cartografie bedrijf CITO maakte daar bezwaar tegen (via
de rechter). De naam Citos was geboren maar dat zinde Jelle Kok niet.
Aangezien hij voor 1928 in Parijs gewoond en gewerkt had, bedacht hij het
volgende. Het bedrijf was een NV. Het Franse woord voor NV is Société
Anonyme. De afkorting is SA en dat werd aan de naam Cito geplakt. Vandaar
Citosa."
Citosa reed grofweg in het
gebied Boskoop, Zoetermeer, Alphen, Woerden en Gouda, kortweg Het Groene Hart
e.o. en was wat de WSM voor Den Haag, Delft, Naaldwijk, Rotterdam e.o., kortweg
Het Westland, was. Samen vormden zij in 1969 Westnederland en de rest mag bekend
geacht worden.
Op deze foto is mooi te zien dat een
bus toen nog echt een opvolger van paard en wagen was, het is eigenlijk gewoon
een paardentram met motor ervoor.
Foto
2:
Een al meer gestroomlijnde vorm is
hier terug te vinden in de carrosserie van de WSM 257, een Mercedes-Benz uit 1940.
Een klimrek op het dak (achterzijde) en een heuse nooduitgang aan de linkerachterzijde
maken van dit voertuig al een behoorlijk moderne autobus.
Vermoedelijk een touringcar wachtend op passagiers in Amsterdam want
een zoektocht op het internet naar de naam J.P.Wyers leverde hoofdzakelijk verwijzingen naar J.P.Wyers Industrie
Handelsonderneming in de hoofdstad op. Ook in die jaren werd de zitplaats voor
de chauffeur blijkbaar als laatste ontworpen en zo te zien moest ook in de jaren
40 de bestuurder van bescheiden formaat zijn.
Aanvullende informatie: Mijn
zoektocht op het internet over de locatie van deze nostalgische touringcar
is niet naar ieders tevredenheid verlopen. Ik kreeg van een aantal
lezers hun twijfel of dat toch niet in Den Haag zou zijn geweest. Ik had
eerlijk gezegd zelf ook een gevoel dat het allemaal nog niet klopte. Het
blijkt nu dat Google een prima zoekmachine is maar toch niet alles weet. Van
een gepensioneerd werknemer van de WSM, woonachtig te Loosduinen, kreeg ik
het verlossende woord. J.P.Wyers heeft inderdaad aan de Prinsengracht in Den
Haag gezeten dus deze foto is uit Den Haag en niet zoals werd vermeld, uit
Amsterdam.
Foto
3:
Een foto waar ik diverse
vraagtekens bij plaats dus dit keer weer eens een oproep aan de kenners: dit is
een Crossley maar verder? Het is duidelijk een periode later dan de bus van foto
2 met al de moderne koplampen en de dubbele deuren halverwege de wagen en na wat
speurwerk kan ik melden dat deze wagens eind jaren veertig, begin vijftig in
bedrijf genomen werden. Ze reden met gemak zo'n miljoen kilometer en de laatste
ging met pensioen in 1962. Het is een vreemde bus des te langer je er naar kijkt
want wat voor functie heeft dat deurtje rechtsvoor?
(zie aanvulling hieronder). Je zou zoiets aan
de bestuurderskant verwachten maar niet op deze plaats. Ook ontbreekt er een
rechterspiegel en is het kentekennummer niet helemaal zoals ik het zou
verwachten. Het sleepoog tussen de grill en de onderste rechter koplamp
ziet er ietwat lichtzinnig uit en wat betekent de sticker met de
hoofdletter B??? Allemaal vragen, wie het weet mag het zeggen. Omdat er Naaldwijk als bestemming te zien is, ga ik ervan uit dat het om een
wagen uit onze regio gaat en met een beetje fantasie is aan de zijkant te
lezen Westlandsche Stoomtramweg Maatschappij.
Nagekomen aanvullingen:
Op mijn vragen kwamen diverse antwoorden.
Om te beginnen kreeg ik een link toegespeeld waarop duidelijk uit de
doeken gedaan wordt hoe het zit met de kentekens in vroeger tijden. Op
Wikipedia staat de
kentekenplaatgeschiedenis staat alles wat je nodig hebt om op de
hoogte te komen van onze nationale kentekenplaat. In de linkerkolom kun
je nog veel meer achterhalen over het wel en wee van de
voertuignummering maar de pagina die verschijnt na het aanklikken van
bovenstaande link, verschaft in ieder geval duidelijkheid over de
kentekennummers van foto's uit vervlogen jaren. De H van de wagens op
foto 3 en 4 zijn nu verklaard.
Van Pieter Schelling, vroeger een WSM/Westnederland
collega maar nu al sinds mensenheugenis bij de HTM, kreeg ik de
volgende info toegestuurd:
"Even een reactie op
foto 3. Volgens mijn WSM (hobby) administratie is dit de
WSM 1401 Crossley SD 42/1 met een
Beijnes carrossserie. Deze wagen had 46 zitplaatsen en kwam in 1947
in dienst, werd in 1954 verbouwd tot eenmanswagen en werd in 1959
afgevoerd. Het kleine deurtje rechtsvoor zou mogelijk voor de
conducteur kunnen zijn, maar dat weet ik niet zeker. Vroeger reed de
chauffeur alleen de bus en verkocht de conducteur de kaartjes.
Naderhand werden dit soort bussen omgebouwd tot eenmanswagen en
moest de chauffeur dus ook kaartjes verkopen.
Het kenteken H 38800 was een zg. provinciaal kenteken (de H
stond voor
Zuid-Holland).
Het kenteken H 38800 werd door de WSM eerder gebruikt en wel
voor:
bus no. 28 (Mercedes-Benz/Uerdingen 1931-1938),
bus no. 82 (Saurer/Lith 1939-1943)
en bus no. 241 (Mercedes-Benz 1946-1947).
Dit soort kentekens werden later vervangen door landelijke
kentekens en toen kreeg de 1401 het kenteken NB-48-90.
Voor wat betreft de B gok ik een beetje; volgens mij staat dit
voor B wegen, maar dat weet ik niet zeker."
Aanvulling op 14-02-2012 van Gerard
Kosterman over het rechterdeurtje en de hoofdletter B: "Bij de NBM mocht deze
ruimte gebruikt worden door passagiers om hun grote bagagestukken
als bijvoorbeeld koffers en wandelwagens tijdens de rit te
vervoeren. Zij moesten deze bagage dan zelf in deze ruimte leggen en
na het uitstappen ook zelf weer uit deze ruimte halen.
Ook gingen er vaak pakken kranten mee in deze ruimte, bijvoorbeeld
vanuit Utrecht. Langs de busroute werden deze pakken kranten dan
door krantenverdelers uit de bus gehaald. Ik heb het dan over
avondkranten zoals het “Utrechts Nieuwsblad” en “Het Centrum”. Of
dit bij andere busmaatschappijen ook allemaal zo gebeurde met bagage
en kranten weet ik niet.
Misschien speciaal daarom stond er geen 2e stoel in het rechterdeel
van de cabine van de NBM-bussen."
Over de B-letter kan ik het volgende vertellen: dat was een rond bord met een
rode rand met daarin een zwarte ‘B’. Het heeft inderdaad met B-wegen te maken.
Het betekende dat betrokken bus niet op B-wegen mocht rijden. B-wegen waren van
mindere kwaliteit en een normale bus was te zwaar en/of te breed voor het
wegdek.
Foto
4:
Hier dezelfde soort wagen met
dezelfde soort afwijkingen. Nog steeds geen rechterspiegel en een kenteken zoals
hierboven al beschreven is. Een Crossley uit de tijd dat
de meeste busbedrijven nog van de Nederlandse Spoorwegen waren. Dit was in
de vijftiger jaren een heel populair onverwoestbaar bustype. De heren die ervoor
poseren zijn onze voorgangers van weleer, in uniform maar om nou te zeggen dat
het er strak uitziet, nee. De werkkleding is blijkbaar altijd al een heet
hangijzer geweest en de 2e collega van links, trekt nog maar eens demonstratief
aan een rokertje, dat zouden we nu niet meer durven doen toch? Misschien
is er iemand onder de busbrieflezers die in een van die mannen een bekende
herkent en wie weet de locatie? (als locatie denk ik aan Den Haag, de
Varkenmarkt) Wil je meer weten over het
Crossley-fenomeen dan
kun je via deze link het een en ander lezen lezen.
Juni 2014, een aanvulling gekregen. Links op de foto
(zonder colbert) is Dirk Krul herkend die in 1947 als conducteur in dienst
kwam bij de WSM. Helemaal rechts staat chauffeur Rinus Hanevelt.
Foto
5:
De tekst en de foto zijn
geleend van het autobusarchief:
Op zaterdag 22 april 1967 om
ongeveer 7.30 uur kwamen op de kruising Monnikendamplein/Volendamlaan een
dienstwagen van lijn 6, de 1012, en een bus van lijn 56 van de WSM, de
4765 met Tinus van Lier aan het stuur, met elkaar in flinke botsing. De bus werd hierna, krap 8 jaar oud, voor sloop afgevoerd
omdat het front van de bus en de voorzijde van het chassis zo zwaar waren
beschadigd dat herstel niet meer haalbaar werd
geacht!
De 4765 was nog in het WSM-blauw met
op de flanken de tekst ‘Westlandse Streekvervoer Maatschappij’. Deze tekst was
enkele jaren tevoren in de plaats gekomen van het bekende ‘Westlandsche
Stoomtramweg Maatschappij’. In 1967 ontving de WSM haar eerste gele
nieuwbouwbussen, de 7621 t/m 7624 en werd tevens een begin gemaakt met het
‘vergelen’ van de bestaande busvloot.
De 1012 was uiteindelijk de
allereerste HTM-PCC tram die werd gesloopt. Hiermee werd op 4 augustus 1981 op
het achterterrein van de remise Scheveningen een begin gemaakt. De 1012 had
zich toen al, vanwege zijn vele aanrijdingen, de bijnaam ‘doodskist’ verworven.
De chef/controleur heeft het druk met het
bekijken van de schade zoals aan zijn bedrijvige houding te zien
is. (redactie)
Foto
6:
Dit is geen
onbekend tafereel in de archieven van menig liefhebber. Een WSM bus op het
kippenbruggetje bij Calvé. Nu, sinds kort, een supermoderne brug na een
langdurige reconstructie waar t.b.v. lijn 130 een futuristisch ogende brug een
tijdswinst van enkele minuten bewerkstelligd. Maar hier nog lekker
ouderwets een bus met een dubbele achteras met wagenparknummer 2798,
een Daf-Verheulwagen uit 1960.
Foto 1 uit 1930,
foto 2 uit 1940, foto 3 en 4 (misschien) uit de jaren 50 en foto 5 en 6 uit
1960. De cirkel is weer rond in het zwart-wit tijdperk.
Surftips:
De buslink deze week is
Weer-verkeer.rubrieken.com
Het actuele Openbaar Vervoer is hier een klein onderdeel van maar in combinatie met allerlei vervoers- en weersinformatie
leek mij dit toch een aanrader. En vind je in het hoofdvenster niets meer van je
gading dan kun je in de linkerkolom de alfabetisch gerangschikte rubrieken
aanklikken en dan zit je zo nog wel een uurtje te surfen. Wil je echter in 1
keer weten of er files staan en wat de oorzaak is, klik dan eens op deze link en
je bent in 1 oogopslag helemaal bij. Houdt de muis boven een geel vlakje en er
verschijnt een korte toelichting.
Trafficnet
Klik op:
Tot slot:
Nummer 23 zit er op. Leuk om zulke
nostalgische plaatjes samen te voegen tot een busbrief. Deze week lag de nadruk
op de WSM/Westnederland maar ook uit andere delen van het land heb ik aardige
geschiedkundige kiekjes en daar vind ik t.z.t. wel een gaatje
voor.
Met
tijdloze groeten