24 november 2017

N i e u w s   i n   B u s b r i e f f o r m a a t 
____________________________________________                                                                                          
 
Verhalen en foto's
van en over
oude en nieuwe bussen
 
Inhoudsopgave:
Goud van Oud - Special John Oron (2485 - 9705 - van Hool) - Abri's en haltes - Dichtkunst - Aad - Nicolaas - Cuba
Uitsmijters: Boekenbus - Kaartlezer
Busbioscoop: 50 jaar den Oudsten
Busbabbel: Pechgeval
 

Als je webpagina's maakt, loop je soms tegen auteursrechtelijke problemen aan. Velen van jullie zullen het zich mogelijk herinneren van enige jaren terug toen ik met een dreigende rechtszaak en een schadeclaim geconfronteerd werd. Na een aantal spannende maanden is dat gelukkig met een sisser afgelopen. Zo heftig is het niet meer voorgekomen mede omdat ik beter op mijn tellen pas. Toch komen er zo nu en dan verzoeken binnen om iets te verwijderen. Nogmaals, niet vaak gelukkig maar toch. Ik voldoe dan altijd met nederige excuses aan het verzoek want ik maak gebruik van foto's waarvan niet altijd te achterhalen is wie de eigenaar is. Ik maak geen misbruik van fotomateriaal voor zover ik het zie maar iedereen heeft het recht om daar dan toch niet blij mee te zijn. Vandaar dat ik erg blij ben met het spontane gebaar van John Oron, instructeur bij Connexxion Academy, die mij vele foto's toestuurde waar ik vrij gebruik van mag maken. Wie springt er dan geen gat in de lucht? Ik ben de vele foto's aan het uitzoeken, sorteren per onderwerp, aanpassen qua grootte enz. en dan komen ze vroeg of laat in de busbrief.
En niet alleen John voorziet mij van materiaal maar ik hoef steeds minder op zoek te gaan naar materiaal want er zijn zo veel bijdragen van enthousiaste lezers die ik allemaal dankbaar ben.
Zo dat is er uit. Over tot de orde van de brief. Donkere Piet en lichte Sint (politiek correct hoop ik???) zijn in het land en kinderen mogen hun schoen zetten. Hopelijk kan deze brief ook doorgaan voor een presentje. Pak het maar uit en geniet ervan.


      
Goud van Oud:
We beginnen ouderwets in dubbel opzicht. Op het busstation van Gouda staat deze wagen van de Twee Provinciën te wachten om naar Lekkerkerk te vertrekken. Twee dingen vallen direct op, er is geen lijnbestemming te zien en op de linker zijkant vooraan staat reclame voor bananen. Dus toen ook al.
De bus die hier staat is een bijzonder exemplaar. Het is een AEC uit 1964 (Associated Equipment Company) type Reliance met een carrosserie van Domburg. De wagen kwam als eerste in dienst bij van Eldik in Gouda, een autobusbedrijf dat van 1934 tot 1968 stads- en streekvervoer in Zuid-Holland verrichtte. In november 1968 werd dit bedrijf opgeslokt door TP.
In 1962 werd AEC samengevoegd met Leyland en vandaar dat ik meen dat het Leyland logo aan de voorzijde te zien is. Ook carrosseriebedrijf Verheul heeft met deze wagen iets te maken, hoe weet ik niet precies maar Verheul en Domburg werkten veel samen.

Van Co Rozendaal kreeg ik een toelichting uit eigen ervaring plus een extra foto in de VAVO uitvoering:
"Bij het verhaal over bus 5 VAVO - van Eldik, de latere TP nr 1 heb ik nog wel aanvulling.
Het klopt de bus de eerste dag al in brand stond!
De eerste rit van Lekkerkerk naar Gouda ging al niet goed, in Gouda begon de bus spontaan te branden en is door de brandweer geblust.
Daarna is de bus naar de TP-werkplaats in Schoonhoven gebracht. Hier bleek dat vanwege het naderende faillissement van de VAVO matig onderhoud gepleegd was met bovenstaand gevolg.
Ik heb het (on)genoegen gehad om de bus weer rijdbaar te maken, wat een behoorlijke klus was. Na ongeveer zes weken liet de versnellingsbak het afweten, compleet defect, en dus een revisie uitgevoerd.
Na ongeveer drie maanden gaf de motor de geest, dus de motor gereviseerd. Het merk van de bus was AEC en dat was in die jaren geen goed bekend staand merk.
De wet van Murphy deed hier ook goed mee, dus na enige tijd liet de motor het weer afweten. Al met al heb ik er leuk werk aan gehad, maar dat was niet de bedoeling.
Voor de kapotte motor kwam de vraag of ik eens in Graafland (Groot-Ammers) in de stalling wilde gaan kijken of het mogelijk zou zijn om van een oude Leyland die daar stond voor opslag, de motor en de versnellingsbak te gebruiken voor de AEC.
De bus naar de werkplaats gehaald en gemeten enz.
Het bleek mogelijk, dus alles op tekening gezet en een aanvraag voor verbouwing naar de RDW gedaan en na controle van de RDW toestemming gekregen voor de ombouw.
Dus samen met Bertus den Ouden een complete AEC motor en versnellingsbak uitgebouwd, daarna alles pas gemaakt voor de montage van een Leyland motor met een 4 versnelling half automaat.
Dan weer naar de RDW voor herkeuring en in een keer goedgekeurd. De bus heeft in deze configuratie nog verschillende jaren op deze lijn dienstgedaan. In vroeger tijden had je zo nog weleens leuke klussen te doen."

Ik schreef dat er 2 dingen opvallen maar Rob S. heeft nog een derde bijzonderheid gevonden en beschreven:
"Het gaat over het busstation zelf. Vanaf de bouw in 1950 was er een overkapping, die is op de foto te zien. Helaas is die overkapping afgebroken, ergens in de jaren tachtig. Precies weet ik dat niet omdat ik niet meer in de omgeving van Gouda woon.
De bus naar Lekkerkerk was van Van Eldik uit Gouda. Dat was toen een dochteronderneming van Vavo Greyhound die in 1968 failliet ging. De lijndienst naar Lekkerkerk ging naar de TP. Tegenwoordig rijdt daar sinds begin jaren 70 de eerste Buurbus van Nederland. De stadsdienst werd overgenomen door Citosa uit Boskoop op 1 november 1968, maar de exploitatie kwam bij Van Gog dat al een paar jaar dochter van Citosa was. Citosa en de WSM fuseerden op 1 januari 1969 tot Westnederland."

Dick van der Goot schreef het volgende: "De lijn waarvoor hij hier gereed staat (lijn 24 Gouda - Lekkerkerk v.v.), behoorde tot 1968 (iets in de buurt van 1 november, meen ik) aan Van Eldik toe. Buiten deze lijndienst reed Van Eldik alleen de stadsdienst Gouda, die op dezelfde datum in 1968 niet overging naar de TP, maar naar Van Gog, welk bedrijf toen al eigendom was van Citosa (voorloper van Westnederland). Van Eldik had het natuurlijk niet nodig gevonden, voor hun enige streeklijn een lijnnummer te tonen (het lijnnummer 24 was alleen gekozen omdat dat mooi paste in de dienstregelingboekjes van zowel TP als Stichting CAP), vandaar dat deze bijzondere bus, die bij de TP het wagennummer 1 kreeg, geen filmkast voor een lijnnummer had.
Over deze bus 1 en deze lijn 24 heb ik in die tijd twee sterke verhalen gehoord, die, alhoewel ze uit het hobbycircuit kwamen, waarschijnlijk niet uit een dikke duim zijn gezogen. Over deze bus 1 werd door de zeer gerespecteerde CAP-historicus C.J. de Koning in de "Autobuskroniek" geschreven dat de bus exact op de dag van de overname (dus laat ons zeggen: 1 november 1968) in een motorbrand geraakte en aldus voorlopig defect was. Een tamelijk krachtig protest dus!

Verder had lijn 24, een anderhalfuursdienst, een erg lage bezettingsgraad ("lege bussen" zijn van alle tijden, hoor!). Tussen de eindpunten Gouda en Lekkerkerk kon je ook met de TP reizen, met overstap te Bergambacht (toen lijnen 20 en 21, nu bij ARRIVA de R-Net-lijn 497 en lijn 194). De TP wilde lijn 24 dan ook opheffen, maar in die tijd hadden ze een vervoerplicht, waarvan alleen de Rijksverkeersinspectie ontheffing kon verlenen. De Rijksverkeersinspectie beschikte in die tijd nog niet over al dan niet automatisch geproduceerde telstaten, waaruit ze netjes de gemiddelde bezetting per rit konden afleiden. Dus de heren gingen in zo'n geval ter plekke op onderzoek uit. En wat maakten ze mee? Een stampvolle bus op lijn 24! De verklaring zou liggen in een begrafenis van een vooraanstaand iemand uit een van de door deze lijn bediende dorpen. Opheffing kon de TP toen voorlopig wel vergeten. Pas jaren later slaagde de TP erin, alsnog van deze lijn af te komen. Het daarmee in een isolement geraakte Berkenwoude kreeg in 1975 of daaromtrent een van de allereerste buurtbussen in ons land, persoonlijk geopend door de toenmalige Minister van Verkeer & Waterstaat, Tjerk Westerterp. Deze buurtbuslijn bestaat nog steeds, ondanks de zeer beperkte bediening (in de spitsen en rond de lunchtijd); het is nu lijn 725 bij ARRIVA.
 


      
door John Oron:

Zoals ik in het intro al vermeldde, volgen hier een aantal foto's die ik van John kreeg. Fraaie plaatjes die bij mij zeer welkom zijn. De komende brieven zal ik van deze fotovoorraad dankbaar gebruik gaan maken. Voor deze brief heb ik 3 items geselecteerd, te beginnen met de 2485.

De 2485 op de Hoogeveenseweg te Boskoop. Foto's in het kader van de toegankelijke haltes. In eerste instantie moesten deze haltes worden aangereden met de banden tegen de stoep aan. John gaf toen al aan, dit geeft problemen maar de fabrikant Leicon was er heilig van overtuigd dat deze werkwijze de beste was. Het gevolg: kapotte wiellagers, banden, stuurinrichtingen e.d.
Deze 2485, een DAF-den Oudsten B95 Alliance Intercity is in 1999 gebouwd en duidelijk zichtbaar als lesbus gebruikt. (zie de vele spiegels) Het kenteken wordt niet meer herkend dus deze wagen is niet meer actief op de Nederlandse wegen.

Een bus die nog maar net is komen kijken, is deze 9705. Een elektrische bus van VDL, type Citea SLFA Electric. De bus op de foto is er een van een serie van 100 stuks en daardoor is dit op dit moment de grootste elektrische busvloot van Europa. Deze wagens zullen 24 uur per dag ingezet gaan worden en door de modernste technologie is dat mogelijk doordat er tussentijds bijgeladen kan worden met de nieuwste soort batterijen.

Voor Schiphol zijn de interieurstangen blauw i.p.v. R-net rood. Afgelopen vrijdag (oktober 2017) is deze bus op Uithoorn gezet. De 9705 staat daar om chauffeurstrainingen te geven aan AML (concessie Amstelland-Meerlanden) chauffeurs door o.a. ondergetekende John en dochter Roxanne.


                 

Het derde item in deze Academy special gaat over de bestickering van het academy wagenpark. Er zijn een aantal testtekeningen gemaakt. Wordt het wit? of wit-groen? Wit-geel? of groen?
Voor zover ik heb gezien is het een combinatie geworden. De 4133 onderaan zoals het er uitziet.


       
Abri's en Haltes:
Een muzikale abri in Phoenix, Arizona en dan zijn we beland in de United States of Trump. Ik ben benieuwd welke muziek daar klinkt. "Busje komt zo" zal het daar niet zijn vermoed ik.......

Een nogal slordig haltebordje. Ik kan er wel om lachen maar eigenlijk is er niet goed nagedacht toen dit bord gemaakt werd. Voor de lezer die de vertaling van Friedhof niet machtig is: Friedhof betekent kerkhof. En om er dan bij te vermelden dat er alleen uitgestapt kan worden en dus niet ingestapt, maakt het enigszins dubbelzinnig.


      

Onder de lezers van de busbrief kom je veel toegewijde liefhebbers van historische (bus)zaken tegen. Arjen Boswijk stuurde mij een aantal gedichten waarvan in busbrief 143 de eerste geplaatst is. Deze keer dus zijn 3e poëtische inzending.
Arjen, bedankt hiervoor.
Bijschrift redactie: In busbrief 80 bij foto 9 heb ik de foto van Robbeneiland al eerder geplaatst maar bij dit gedicht kwam de foto nog beter tot zijn recht.

       


      
Een derde keer dit hoofdstuk. Dit keer 3 foto's met heel verschillende onderwerpen. De eerste foto laat een wrak zien, een Kromhout Verheul uit vervlogen tijden die in deze staat werd gevonden. Aanwijzingen om te achterhalen met welke wagen we te maken hebben, kon ik niet vinden. Helemaal rechts achteraan is te zien dat daar een uitstapdeur zit. De claxon zit op het dak en mocht dit voertuig ooit in oude glorie hersteld worden, ben ik erg benieuwd naar het oude cq nieuwe uiterlijk.

We zagen al een bus naar Lekkerkerk bij het begin van deze busbrief en nu een foto van een wagen op weg naar Nieuw Lekkerland. Oorspronkelijk een wagen van de TP-AV Jutphaas = Twee Provincien-Autobudiensten Vereeniging, Jutphaas. Dit bedrijf is in 1945 ontstaan en werd per 1 januari 1969 onderdeel van TP-RederijopdeLek dat in 1974 weer opging in Westnederland. De bus op de foto is een DAF-den Oudsten TB160DF530 met bouwjaar 1967 en had wagenparknummer 80.

De locatie waar deze foto gemaakt is, is onduidelijk. Als iemand weet of dit Boskoop is of een andere vestiging, laat het mij weten via deze link.

Gelede bussen komen er in de busbrief redelijk bekaaid vanaf maar van Aad kreeg ik deze 7796 toegestuurd en dus weer eens aandacht voor deze wagens. Lijn 11 naar Zoetermeer, wie kan zich dat herinneren? In ieder geval was er in die tijd al sprake van stempelautomaten gezien de sticker aan de voorzijde. We zien hier een Mercedes Benz O317 met een opbouw van den Oudsten. De bus stamt uit 1976, is in 1990 buiten dienst gesteld, is daarna 7 jaar bij AMZ- de Muynck = Automaatschappij Zeeland, actief geweest en eindigde begin 1997 bij de sloper.
Op 4 november 1973 ging lijn 11 voor het eerst rijden tussen Delft en Zoetermeer. Vanaf Delft station ging het over de Phoenixstraat naar de Brasserskade en zo naar Nootdorp. Vandaar naar Zoetermeer o.a. via de Meerzichtlaan naar het station en daarna via het centrum, o.a. Nassaulaan en Osylaan naar het eindpunt in Palenstein bij de van Aalstlaan. Blijkbaar was het passagiersaanbod op deze lijn dusdanig dat er met gelede bussen gereden moest worden.

Dick van der Goot corrigeert en vult gedetailleerd aan: "Ho even, die lijn 11 waarvoor in 1976 gelede bussen werden aangeschaft, was niet de lijn Delft - Nootdorp - Zoetermeer v.v., maar de lijn Zoetermeer - Den Haag v.v., die met de groei van Zoetermeer drukker en drukker werd! Totdat NS de "Sprinter" met de "Krakeling" door Zoetermeer introduceerde (eigenlijk de huidige lijn 3 van RandstadRail). Op het laatst reed deze lijn 11 in de spits elke 5 minuten met een gelede bus (voor zover mogelijk)! Toen NS zo ver was dat hun "Zoetermeerlijn" kon gaan rijden, mocht lijn 11 niet meer naar Den Haag en werd deze omgebogen tot een spitslijn tussen Zoetermeer en Rijswijk via de Plaspoelpolder. Die verbinding groeide toch nog uit tot een daglijn met een halfuursdienst (later lijn 174, weer later lijn 50) en zowaar rijdt hij als lijn 50 sinds enkele jaren toch weer door naar Den Haag, maar nu via een andere, niet rechtstreekse route.

Die eerdere lijn 11 tussen Delft en Zoetermeer was alweer weg voordat de gelede bussen kwamen. Eigenlijk betrof dit een gedeeltelijke omnummering van de voormalige Citosa-lijn 3, Gouda - Zoetermeer - Pijnacker - Delft - Nootdorp (Viaduct) v.v., toen deze, zoals jij beschrijft, vanuit Nootdorp naar Zoetermeer werd doorgetrokken. Omdat deze verlengde lijn daardoor "zichzelf tegenkwam" te Zoetermeer, besloot Westnederland, ter voorkoming van verwarring, een deel van de route van het nieuwe lijnnummer 11 te voorzien. Maar beide lijnen bleven wel in een gezamenlijke omloop zitten, want ondanks de fusie uit 1969 waren de geesten er nog niet rijp voor, "Boskoopse" en "Loosduinse" lijnen, bijvoorbeeld in Delft, met elkaar te verknopen. Bovendien waren voor het oude Citosa de busaansluitingen te Zoetermeer dusdanig belangrijk dat de bussen van lijn 3 elkaar aldaar moesten ontmoeten. Dit had als onvermijdelijk gevolg dat de uurdiensten van de lijnen 3 en 11 zowel te Delft als te Zoetermeer met slechts enkele minuten verschil aankwamen en vertrokken, zodat de komst van lijn 11 nauwelijks als een verbetering werd ervaren. Men heeft ook nog wel geprobeerd, lijn 3 te Delft op zichzelf te laten keren, maar dan moest ie binnen een uur heen en weer tussen Zoetermeer (Marijkestraat) en Delft (Station), en dat werd een drama op de drukkere uren! Al met al was het met deze lijn 11 spoedig gedaan, en lijn 3 keerde in zijn oorspronkelijke gedaante terug.

Totdat, ten gevolge van de "Sprinter", de bus tussen Zoetermeer en Den Haag verdween. Lijn 3 kon toen op het eindpunt Nootdorp-Viaduct geen aansluiting naar/vanaf Den Haag meer bieden en ging toen zelf doorrijden naar Den Haag, inmiddels onder het lijnnummer 57. Om een heel lange wachttijd op Den Haag Centraal te vermijden, werd lijn 3/57 toen omlooptechnisch gecombineerd met lijn 56 Den Haag - Wateringen - Delft - Rotterdam v.v. Op die lijn verschenen dus "Boskoopse" bussen, en dat was pas het eerste begin van exploitatieve integratie tussen de oude bedrijven Citosa en WSM. Later was er op een enkele omloop 3/56/57 ook een "Haagse" wagen nodig. Er waren echter slechts enkele "Haagse" chauffeurs geïnstrueerd om met de bus tot in Gouda te komen. Degenen die dat deden, waren vooral de notoire hobbyïsten onder hen. En dat leidde dan weer tot de spectaculaire constatering dat op die ene omloop nogal eens een bijzondere bus, zoals een van de laatste Leyland/Werkspoor "bolramers", in het vroegere Citosa-gebied kon worden gesignaleerd, waarin ze nog nooit eerder waren gezien!"

Het toegevoegd een filmpje is niet meer beschikbaar. Afspelen op andere websites is uitgezet door de eigenaar van de video (zie ook busbrief 149 bij het hoofdstuk 'Geleed')


       
Drie keer is scheepsrecht luidt een oud en wijs gezegde dus daar houd ik mij aan en dus nogmaals een paar foto's van collega Henk. Op deze foto zien we een bus die we tegenwoordig misschien wel aerodynamisch zouden noemen vanwege de fraaie rondingen. Met een beetje liefde voor bussen zou je er zelfs aan kunnen denken om dit een vrouwelijk voertuig te noemen. In ieder geval: zo worden ze niet meer gemaakt. Over merk en type kan ik weinig, zeg maar niets, toevoegen. Zover reikt mijn kennis niet maar het ziet er goed uit en daar gaat het om.

De tweede foto laat een bus zien die tegengesteld is aan de eerste foto. Hoekig, stoer en krachtig en rondingen zijn slechts heel beperkt aanwezig. Duidelijk een wagen met meer mannelijke kenmerken of ben ik nu seksistisch aan het doen.....? Het logo op de forse neus is niet duidelijk zichtbaar dus ook hier geldt dat mijn zoektocht naar het merk snel over is. Het blijft mij altijd verbazen dat zo'n voertuig met dubbele achteras er als een krachtpatser uitziet maar dan voorzien is van spiegels die zelfs te klein zouden zijn om als scheerspiegel te fungeren.

En tot slot van deze serie een meer bekende vorm van toerbus uit vervlogen tijden waarvan het merk wel duidelijk in beeld komt: Neoplan 6. Via vergelijkbare bussen op het internet is het bouwjaar ergens rond 1974 gedacht. Het bedrijf Aschemeyer bestaat nog steeds en zetelt in Lübbecke in Duitsland tussen Osnabrück en Hannover. Dat er op de bus vermeld staat dat het om een "oldie" gaat is naar mijn mening enigszins overbodig want ik mag hopen dat dit bedrijf het wagenpark sinds 1974 vernieuwd heeft.....


       
Het tijdperk van 'Gele Rijders' in Cuba gaat verdwijnen. Diverse mensen die recent Cuba bezochten, melden dat straatbeeld al veel minder gevuld is met onze favoriete bussen. Gelukkig hebben we de foto's nog.
Hieronder een rij gele rakkers in Havana. Voorop de 3803. Ooit actief bij de ZWN en later ook nog even bij Connexxion. In 1987 is deze DAF-den Oudsten MB200 uit de fabriek gerold en bij de oude ZWN begonnen (vandaar de blauwe belijning die bij de ZWN gebruikelijk was). Daarna ging ZWN op in de nieuwe versie ZWN-OV in 1994 en tot slot in 1999 naar Connexxion. Achter deze 3803 staat de opvolger van de MB200, de SB200.

Dat men in Cuba van improviseren houdt, was ons intussen wel duidelijk geworden gezien de soms fantasierijke aanpassingen bij sommige bussen maar ook de taxi's hebben soms een bijzondere wijziging ondergaan gezien deze foto van een verlengde Lada. De foto dateert alweer van enige jaren terug dus misschien is er intussen nog een stuk tussen gezet en dan komt het dicht in de buurt van busvervoer. ;-)


      
Uitsmijter(s):
Nou dacht ik in de loop der jaren toch wel behoorlijk wat variaties op het busbegrip te hebben gepresenteerd in de busbrief, zie b.v. busbrief 44.  In deze uitsmijter zien we een pittoreske Bibliotheekbus oftewel Boekenbus(je) met op de deur het opschrift Bibliomotocarro. Het woordje carro geeft meteen al aan dat we hier met een Italiaanse variant te maken hebben. Bellissimo!! Op zoek naar wat achtergronden kwam ik de 2e foto tegen. Een Amerikaanse bibliotheekbus uit 1916. Er is niet veel veranderd........
 

De vorige busbrief opende ik met een kaartlezer en deze brief sluit ik er bijna mee af. Alleen heeft degene die zorgt voor de tekst op dit apparaat een kleine taalfout gemaakt. Of moet een chipkaart in dit geval van hout gemaakt zijn?

                 

       
Busbabbel:
Elke buschauffeur heeft vroeg of laat te maken met een technisch probleem waardoor hij of zij onderweg strandt en dat er dan hulptroepen moeten komen om het voertuig weer aan de praat te krijgen. Ik zelf kan daar menig voorbeeld van opschrijven maar ik zal mij nu beperken tot 1 geval. Tijdens mijn werk als Vervoersondersteuner (Vos) wordt ik geacht toe te snellen als een bus ergens problemen heeft. In veel gevallen neem ik dan vanaf de vestiging alvast een vers exemplaar mee waardoor de chauffeur in ieder geval verder kan terwijl ik op de monteur wacht. Zo gezegd, zo gedaan. De dienst reed weer en ik onderzocht de storing. Nou is mijn technische kennis niet om over naar huis te schrijven, wat ik daarom ook zelden doe, maar ik maak er meestal geen punt van om een gehandicapte bus alsnog te proberen 'thuis' te krijgen. Ik ga ervan uit dat als ik mijn alarmlichten aanzet, het overige verkeer in de gaten heeft dat er wat mis is. Dat deed ik ook in dit geval. De bus reed nog wel maar viel steeds uit of reed niet harder dan 10 km/uur. Geen succes op de dienst maar zonder haast terug naar de garage moest wel lukken. Ik was wel zo wijs om niet via de trambaan te gaan rijden want als ik niet verder zou kunnen, stremde ik de doorgang en had ik het probleem alleen maar groter gemaakt. Dus via een minder riskante route leek mij verstandig. Maar ja, je voelt het al aankomen......3 kruispunten verder was het over en uit. Er zat geen puf meer in. Ik kon de wagen nog net midden op de kruising zetten want daar was een brede middenberm zodat via de andere rijstrook iedereen verder kon. Ik zette de alarmlichten aan, deed de motorklep aan de achterzijde open en schikte mij in mijn lot wachtend op de monteur. Tot nu toe niets vreemds maar nu komt het. Er stopten auto's naast mij en men maakte mij erop attent dat de achterklep open stond. Alsof ik dat niet wist..... Ik reageerde netjes door te zeggen dat ik pech had en dat daarom de klep open stond. Ooooh, toen snapten ze het. Alleen na de zoveelste keer (echt waar) werden mijn antwoorden wat sarcastischer want ik kon het eigenlijk niet geloven. Sta je met de klep open en alarmlichten aan en dan denkt men blijkbaar dat ik gewaarschuwd moet worden. Hoe simpel kan een mens zijn. Toen de zoveelste met een goedbedoelde opmerking kwam en vroeg waarom ik niet verder reed nadat hij eerst enige tijd achter mij in de rij was gaan staan, (ja, echt gebeurd) heb ik maar gezegd dat ik volgens de wettelijke rijtijden niet meer verder mocht en dat ik nu maar mijn lunch aan het eten was. Vermoedelijk heeft hij thuis verteld dat ik gek was maar ik vertel jullie nu dat hij niet spoorde. Dat zit op de weg!! Je begint daardoor beter te begrijpen dat er zoveel fout gaat op de wegen.


     
Busbios(coop) film(pje):
Alweer enige tijd geleden maar nu dan toch in de busbios. Bijschrift op YouTube: "In juni 1967 kwam de eerste standaardstreekbus bij de NZH in dienst. Dat was de in de tweede scene van deze film passerende NZH 1000 een Leyland-Verheul LVB668. In deze scene wordt deze bus gevolgd door de VAD 3931, in 1988 de een van de laatste gebouwde DAF MB200-Den Oudsten bussen en daarmee het einde van een tijdperk. Tot het begin van deze eeuw waren de standaardstreekbussen beeldbepalend in het straatbeeld van heel Nederland. Gelukkig zijn er de nodige bewaard. Op 10 juni 2017 kwamen er een aantal bijeen in Zwolle, ter gelegenheid van 50 jaar standaardstreekbus."
 
 

       
      

Een man komt een boekenwinkel binnen en vraagt waar hij het boek 'De man is de baas in huis' kan vinden.
De verkoopster denkt even na en zegt dan: 'Sprookjesboeken, dat is op de 2e verdieping meneer!'

In het circus wordt het wilde dierennummer gedaan door een aantrekkelijke goed geproportioneerde jonge vrouw, slechts gekleed in een minuscuul strak tijgervelletje. Deze dompteuse kan met haar zweepje de leeuwen de mooiste kunstjes laten doen. Aan het eind van de voorstelling krijgt ze een staande ovatie. Vervolgens stuurt ze alle leeuwen de kooi uit, behalve het grootste mannetje. Het publiek gaat weer zitten. Ze werpt haar zweepje weg, loopt naar de leeuw en opent de enorme muil. Vervolgens trekt ze haar tijgervelletje opzij, legt een van haar borsten in de muil van de leeuw en steekt beide armen omhoog. Het publiek houdt de adem in; stel je voor dat de leeuw schrikt. Na enige tijd stopt ze haar borst weer in haar kledingstuk en krijgt wederom een staande ovatie, nu nog luider en langer. Na het applaus neemt ze de microfoon en vraagt aan het publiek of er iemand is die deze stunt ook zou willen doen. Iedereen gaat zwijgend zitten en kijkt vragend zijn buren aan. Na enige tijd is er wat gestommel boven op de tribune en komt er een ouder kaal mannetje met een stok moeizaam naar beneden gelopen. Eenmaal beneden in de kooi vraagt zij hem lachend of hij de vraag wel gehoord heeft. "Jazeker," zegt hij, "ik wil het graag proberen, maar ik weet niet of ik mijn mond zo ver open krijg."
 

      

Op de bodems van de oceanen liggen meer dan drie miljoen scheepswrakken.

 


   
Tot slot:
Tot zover, het was mij weer een waar genoegen om het bovenstaande met iedereen te delen. Eerlijk zullen we alles delen, suikergoed en marsepein. Ik wens iedereen een heerlijk avondje en graag weer tot de volgende brief.

Hartelijke groeten,

           

    
Wim Koeleman (kameleon@ziggo.nl)
     

Wijsheden:
      


Zelfs een doodlopende weg kent een weg terug.(I. van Mulert)

Neem het leven niet te serieus, je overleeft het toch niet

Aan hard werken is nog nooit iemand doodgegaan, maar waarom zou je het risico nemen?
 

terug naar de